|
ZONDAG 30 JUNI 2019 (km. 74.057)
Vandaag hoefden we niet zo ver te rijden en dus deden we rustig aan. Na het ontbijt zette Remco koffie en we verlieten Varmahlíð. We reden net als in 2015 de mooie pasweg richting Akureyri en we stopten op exact dezelfde punten (er zijn maar twee parkeerplaatsen langs de route...). Het was net zo mooi als toen, maar wel een heel stuk kouder... 6 graden, brrr! Ik deed mijn winterjas maar weer aan. Bij stop 2 maakten we exact dezelfde foto als in 2015, met Remco en zijn rode koffiemok bij het bordje 'Bakki'. Daarna reden we door naar de tweede stad van IJsland. We stopten er niet, maar staken meteen de fjord over om aan de andere zijde naar Hótel Natur te rijden. Er bleek echter ineens een nieuwe tunnel te zijn en voor we het wisten, zaten we erin! Dat was niet de bedoeling! Bij een uitwijkhaven keerden we om - lang leve de rustige IJslandse wegen - en reden weer terug. Nu namen we bij de rotonde ervoor wél de juiste afslag en enige tijd later vonden we ons geliefde hotel terug. We hadden IJsland Tours speciaal gevraagd of dit hotel weer opgenomen kon worden in ons reisschema en dat was gelukt! Het was echter iets voor enen en dat was te vroeg om in te checken. Althans, we mochten nog niet naar onze kamer, maar de sleutel kregen we wel van de aardige receptiejongen (die een vriend had die studeert in Maastricht en met hem regelmatig naar Werchter gaat). Hoera, een oneven nummer! Dat betekent uitzicht op de fjord! Blij beklommen we alvast de uitkijktoren; ja, het blijft een mooie omgeving. Omdat het nog steeds erg koud was, dronken we ons restje koffie in de auto op, gevolgd door de lunch. Daarna was het tijd om naar de kamer te gaan en we dumpten er onze tassen en koelbox. Nu reden we terug naar de stad. Eerst parkeerden we de auto bij het golfterrein, want ernaast lag een park en daar zou een vogelkijkhut zijn, en er zouden barmsijzen zitten. De vogelkijkhut konden we niet vinden (of het was toch het gebouwtje dat we zagen, maar waar we niet konden komen), maar de barmsijs zat gewoon op het pad. Nice. We keerden terug naar de auto en reden naar de botanische tuin, waar we de vorige keer ook de auto parkeerden. Dat kon nog steeds en via de tuin liepen we naar het 'centrum' (eigenlijk maar één winkelstraat). De wind waaide arctisch en licht bevroren kwamen we in het centrum aan. Het was half zes en we besloten meteen de Bautinn binnen te gaan. Daar was het warm en kregen we een tafel aan het raam in de serre, waarop meteen een regenbui kletterde. Goeie timing van ons! We aten onze buikjes rond en liepen met een kleine omweg terug naar de auto. We reden terug naar het hotel en maakten daar nog een wandelingetje naar het water, met prachtige lichteffecten van zon en wolk en regen en water. Weer bij het hotel terug tafeltennisten we even alvorens onze kamer op te zoeken. 
|