DONDERDAG 5 AUGUSTUS 1999

Om iets na half negen ging de wekker. Men sudderde nog even na, en uiteindelijk gingen we (de meeste) douchen. Fijn doch kort. Na een lekker ontbijtje vertrokken we met onze lunch en de auto richting Vøringsfossen, een waterval van 182 meter hoogte. Volgens de ANWB-gids was er een wandeling van ± twintig minuten via een oude weg naar de waterval toe, alleen stond er niet precies bij waar de tocht diende te beginnen. We vonden (na nog wat fotosessies - we zagen een opstijgend watervliegtuig in het Måbødal) een parkeerplaats waar de oude weg op aangegeven stond.


Eerst liepen we een stukje op een andere oude weg (vervanging van de eerste oude weg, maar inmiddels zelf weer vervangen), en rond twaalf uur sloegen wij af bij de afslag Vøringsfossen. Enige tijd liepen wij in ganzenpas voort. Het pad veranderde echter snel al van karakter; plots lagen er rotsblokken op de route! Maarten en Esther liepen voorop, terwijl Remco mij de Helpende Hand toestak, zodat ook wij nog vooruit kwamen... Na verloop van tijd werd het pad weer een echt pad, maar de volgende obstakels dienden zich alweer aan: een nóg grotere hoeveelheid rotsen. Het bleek een terugkerend patroon en de rotsen werden steeds enger (bron = Leonie), maar net toen ik het echt niet meer zag zitten, ontdekte Esther een strook land die meer op een normaal pad leek. We ploften op een comfortabele rots neer en smeerden onze laatste boterhammies. Daarna gingen we met hernieuwde krachten verder. We moesten nog wel wat rotspartijtjes trotseren, maar het werd niet meer zo eng als eerst. De rivier, die we al een tijdje volgden, begon er steeds woester uit te zien, en we kwamen enkele heuse stroomversnellingen cq. miniwatervallen tegen.



Na nog een bocht aanschouwden wij het fenomeen waar we voor gekomen waren: de Vøringsfoss! Er zijn bijna geen woorden om de waterval te beschrijven; we vonden het alle inspanning meer dan waard. De drie anderen klommen na het spannende hangbruggetje nog een eind omhoog, terwijl ik beneden bleef. Na een tijdje genieten kwamen ze weer naar beneden en we begonnen aan de terugtocht. Bij de eerder gespotte zijweg sloegen we af, om iets later op de eerder gespotte oude weg terecht te komen. Na even gekeuveld te hebben met de onvermijdelijke Nederlanders op diezelfde weg, ondernamen wij de terugtocht over asfalt. Twintig minuten later stonden we op een plek die wij eerder gezien hadden: het bord met Vøringsfossen. Het was inmiddels na half vijf, en we waren best toe aan een ijsje. We kozen het grootste en duurste ijs dat er was, en het smaakte prima. Daarna reden we naar Eidfjord, waar we diesel en avondeten insloegen. We reden terug naar ons hutje ("åp" - waren wij nu in de åp gelogeerd?) en kwamen daar even bij.




De nominatie voor de Kwote d’Or: Maartens voet is maar half behaard, wat Esther ertoe bracht op te merken: "Ah, een boomgrens...". Giechel. Na het eten sloegen enkele leden van het gezelschap een beetje door en een watergevecht brak los. Daarna werden er shirts gewisseld en was het tijd voor de afwas. Toen gingen we nog even frisbeeën, we liepen nog een stukje "til fjord" (niet gehaald) en toen was het tijd voor de knabbelnoten (dankzij de hitte in de auto inmiddels borrelnoten) en pakten we de spullen in, om morgen vroeg te kunnen vertrekken.




vorige | volgende | norge index | huize mika home