ZONDAG 30 MAART 2008

We vertrokken niet al te vroeg uit Dunedin en met een zonnetje tussen wat wolkjes reden we langs de kust naar het noorden. Onze eerste stop was bij de Moeraki Boulders, grote, kogelronde stenen die op het strand liggen. Het leukste waren de oudere dames die geconcentreerd een foto maakten en daardoor niet in de gaten hadden dat de grote golf... oh, natte sokken.



In het restaurant werden wij vergeten, maar dankzij onze assertiviteit kregen we alsnog de reeds betaalde koffie. Na nog een rondje stenen namen we Campie weer mee. We reden een mooie kustroute en arriveerden in Oamaru. Daar lunchten we even en wandelden daarna door het pittoreske dorp, waar vrij statige gebouwen van 'whitestone' (een soort zandsteen) staan.





We dineerden vrij vroeg, want we hadden voor de verandering eens een avondactiviteit: pinguïns! Om 18:00 zouden de yellow eyed penguins aan land komen en om 19:30 hadden we plaatsen gereserveerd bij de blue penguins. Eerst reden we dus naar de geeloogjes. Vanaf een klifpad zagen we al snel enkele exemplaren op het strand diep beneden ons staan. Ik stond er nog wat naar te staren toen Remco wild gebarend kwam melden dat ik mee moest. Wat bleek: een geeloog had schijt aan de wij-zijn-verlegen-regel en liep vlak langs de afscheiding van het klifpad. Er werd door velen ge-oh'd en ge-ah'd en ik legde het beestje vast. Hij trok zich niets aan van alle mensen en waggelde op zijn dooie akkertje naar een mooi plekje in de struiken.





De exemplaren op het strand besloten intussen te gaan zwemmen, wat er behoorlijk komisch uitzag. Ineens kwam een tweede geeloog bovenlangs lopen. Wow, wat zijn ze mooi, die pinguïns! En grappig! Om zeven uur wisten we ons los te scheuren van het tafereel en we reden naar het visitor centre voor de blauwe variant. We mochten op een 'grandstand' gaan zitten (met warme koffie) en na wat uitleg van een medewerker (de blauwtjes komen nu eigenlijk alleen nog aan land voor de rui, de vogels zouden dus behoorlijk dik zijn want tijdens de rui kunnen ze niet gaan vissen, zodat ze drie weken zonder eten moeten doen) kwamen de eerste pinguïns aan land. Ze doen dat in een 'raft' (met meerdere tegelijk) want: 'safety in numbers'! We zagen in totaal 21 kleine (30 centimeter groot) pinguïns aan land komen, zichzelf uitgebreid fatsoeneren, omhoog klimmen, de weg oversteken en naar hun nest lopen (hopsen). De medewerker legde uit: "Ze hebben geen leider. Degene die als eerste de weg oversteekt is óf geduwd, óf alle anderen deden een stapje naar achteren." Wij gniffelden en deden dat nogmaals toen we hoorden hoe ze naar elkaar riepen ("Prrrrrskwiek!") en toen er twee recht voor onze neus iets aan nageslacht probeerden te verzorgen. Goed, we hadden de pinguïns voor vandaag wel weer gehad en dus reden we terug naar de camping.






vorige | volgende | index | huize mika home