DONDERDAG 7 SEPTEMBER 2000

Om 8:00 waren we allebei wakker en we luisterden naar de regen op het dak van de tent. We ontbeten derhalve binnen en terwijl Remco aan de slag ging met het waterketeltje om koffie te brouwen die zo sterk was dat het lepeltje rechtop bleef staan, trok ik me terug in de auto om wat te gaan lezen. Buiten bleef de regen vallen... We besloten de dag dan maar te gebruiken om een autotocht te maken en niet veel later probeerden we bij de tent weg te rijden. Dat kostte flink wat moeite, omdat wij naast de tent inmiddels een klein moeras hadden. Na een hoop geslip bereikten we toch het asfaltpad en konden we de camping verlaten. We reden in de stromende regen via Thirlmere (oostzijde), Grasmere en Ambleside (lief durrep) naar Windermere. Daar parkeerde Remco de auto vlak voor een Pay & Display parkeerterrein, gratis dus! We sopten een rondje door het dorp – wel erg toeristisch, zelfs toen nog – en zochten de auto weer op. We zagen dat we eigenlijk maar dertig minuten hadden mogen blijven staan waar we stonden, en omdat die tijd nu toch wel verstreken was, maakten we dat we wegkwamen. En eindje voorbij Windermere vonden we een totaal verlaten picknickplaats, maar hoewel we best trek hadden, vonden we het geen geld waard... zelfs zwaar verlaten parkeerplaatsjes doen aan Pay & Display! Gelukkig vonden we nog iets verderop een gratis stekkie en we knabbelden er wat brood weg. Daarna vervolgden we onze weg langs Newby Bridge, Greenodd en Lowick Green. Toen namen we een "wit weggetje" (wit aangegeven op de kaart en theoretisch nogal smal enzo), voor de eerste keer deze vakantie! We reden zo langs de oostkant van Coniston Water. We kwamen in een bosrijke omgeving terecht en ontmoetten erg weinig medeweggebruikers. Op een klein (gratis!) parkeerterreintje besloten we een stukje te gaan lezen. Daarna reden we verder, langs Brantwood (het huis van de wereldberoemde John Ruskin... wie?), en kwamen uiteindelijk weer bij Ambleside uit. We namen nu de A591 noordwaarts. We bedachten dat we ditmaal wel langs de westkant Thirlmere konden ronden.
Ergens halverwege deze spannende uitgestorven weg vonden we Dobgill, een klein parkeerplaatsje, waar we even uitstapten vanwege een enkele meters daarvoor gespotte waterval. Er bleken uitgezette wandelingen te beginnen vanaf het parkeerterrein en omdat de kortste maar een uurtje lopen was (volgens het bord dan) en dat deze wandeling langs waterval en hoger gelegen Tarn (meertje) voerde, én omdat het droog was geworden, besloten we 'm te gaan lopen. Het begon met een steile klim, die goed te doen was dankzij een aangelegd pad. Hijgend kwamen we twintig minuten later op het hoogste punt, waar onze bruine wandeling splitste van de andere twee kleurtjes. Wij zwobbelden even naar het meertje en het onontgonnen berglang erachter, en begonnen aan de afdaling langs de andere kant van de beek. Ook hier bleek een duidelijk pad te zijn, al bestond het ditmaal voornamelijk uit rotsen. Wij waren niet de enigen die dit pad volgden; ook een afsplitsing van de beek vond op deze manier zijn weg naar beneden. Het leidde ertoe dat wij van hoge steen naar hoge steen dienden te hoppen en af en toe een voet in de beek moesten zetten. Gelukkig waren onze schoenen daarop berekend. Al met al duurde de afdaling 2x zo lang als de beklimming, en waren we precies een uur na vertrek weer terug bij de auto.

We reden weer verder langs Thirlmere en bereikten een tijdje later Keswick. Daar zochten we nog even naar een iets grotere supermarkt (meer keus en beduidend goedkoper). Die vonden we in de vorm van The Lakes en na daar boodschappen gedaan te hebben kwamen we uiteindelijk moe maar voldaan op de camping. We wilden meteen gaan koken, maar helaas kwamen we tot de ontdekking dat de entree van de tent was veranderd in een modderpoel en zuchtend besloten we de tent te gaan verzetten. Dat nam aardig wat tijd in beslag, zodat het al aardig donker werd toen Remco eindelijk kon gaan koken. Ik ging even naar huis bellen en toen ik terug kwam, zat Remco in het pikkedonker te koken. Ik hield dan maar een zaklampje op het voedsel gericht, maar helaas begaf tegen het einde de zaklamp het. Snel gooiden we de Chicken Kiev (Part II), de rijst en de doperwten op de borden en we aten het op topsnelheid op, dit vanwege de snelle afkoeling van ons warme voedsel. Daarna zocht Remco mijn toilettas voor een nieuwe zaklamp, maar hij kon het allemaal niet vinden. Uiteindelijk aten we ons toetje in de auto, terwijl ik nieuwe batterijen in de zaklamp deed. Helaas hielp dat niets. Na het toetje deden we de afwas en daarna zocht ik zelf naar mijn toilettas. Ik vond 'm wel (onder het luchtbed geraakt na de tentverplaatsing) en met een nieuwe, werkende zaklamp gingen we de tandjes poetsen, waarna we vermoeid ons bed in doken.



vorige | volgende | uk index | huize mika home