VRIJDAG 14 MAART 2008

Mijn telefoon liet zijn zebrageluiden horen om kwart voor zeven. Snel stonden we op en na ontbijt en het smeren van boterhammen stonden we om half acht bij het receptiewinkeltje. Remco kocht bij de Schotse jongedame alvast twee kaartjes voor de shuttlebus en even later konden we instappen bij de Tongariro Expeditions bus. De chauffeuse liet ons allen onze namen invullen op een clipboard en reed ons vervolgens naar de parkeerplaats bij Mangatepopo. De zon scheen en de grote groep Japanners wist ons humeur niet te verpesten - opgewekt begonnen we aan het grote avontuur: de Tongariro Crossing!



8.25 Eerste stapjes op het duidelijke pad.
8.50 Zijpaadje naar Mangatepopohut. We besloten het links te laten liggen.
9.41-9.45 We bereikten de Soda Springs, hier was het laatste toilet aan deze kant van de berg en dus maakte ik er nog even gebruik van. Drie miepende Australische blondines deden dat ook, maar een stuk luidruchtiger dan ik. Het stonk er inderdaad, maar dat krijg je, met een gat in de grond...
10.34-10.50 We kwamen bekaf aan bij de South Crater. De sectie hiervóór was genaamd Devil's Staircase en na drie trappetjes wist ik al waarom... en toen moest ik er nog een stuk of vijftig. Gelukkig was ik niet de enige die regelmatig moest stoppen om uit te hijgen. Het was heel, héél erg. Het uitzicht bovenop maakte wel veel goed. Mount Ngauruhoe (Mount Doom!) zat half in de wolken, maar soms scheen er een plukje zonlicht op en zagen we de felrode kleur bij de top. Mooi!



We aten tevreden een appel en vervolgden onze route, die dwars door de hier en daar wat stomende South Crater liep. Best een raar idee, lopen door de krater van een vulkaan!
11.40 Alweer een stevige klim, maar nu naar het randje van de Red Crater. Hier vielen onze monden open. Dit is hoe je je een vulkaankrater voorstelt! Knalrode rotsen, een enorme scheur in de wand en een immens gat aan onze voeten. Er stonden meer mensen te kijken en iedereen mompelde dat het zo mooi was.





Uiteindelijk wisten we ons los te rukken en klommen we het laatste stukje naar het hoogste punt van vandaag, Red Crater Ridge. Daar zagen we de Emerald Lakes schitteren in de zon - een uitgelezen plekje voor een lunch.



12.15 Gezeten op een rots naast het grootste meertje gooiden we onze schoenen leeg (dat lavazand kruipt erg naar binnen als je afdaalt) en aten we boterhammen. We liepen verder, weer door een krater leek het (rond en plat) en deden nog een klein klimmetje naar het Blue Lake. Nu hadden we genoeg geklommen en vanaf dat moment was het vrijwel alleen maar afdalen.



13.50-13.59 Bij de Ketetahihut aten we een laatste boterham. Deze afdaling was sneller gegaan dan verwacht en we waren optimistisch: de bus van vier uur zouden we makkelijk halen. De volgende afdaling was echter erger dan die hiervoor. Eindeloos veel afstapjes, soms gemaakt voor reuzen, en bibberende knieën aan onze zijde.
15.42 Aankomst op parkeerplaats! Hoera, gehaald! We werden van de ene in de andere bus overgeheveld omdat er erg weinig mensen nog 'misten', onze chauffeuse van vanmorgen zou met een kleinere bus op hen wachten, en wij werden meegenomen door een andere partij.
16.40 Ietwat stijf wankelden Remco en ik de bus uit. In de camper ploften we neer met drank en pinda's - welverdiend, zo vonden wij. Even later gingen we toch even naar de wc. We zagen tot onze vreugde een Apollobusje met kenteken CDS685 (wij hadden CDS684) en strompelden daarna terug naar Campie, wat Remco de opmerking ontlokte: "We lijken wel Dombo en Domba." We waggelden wel een beetje, ja.
's Avonds deden we verder nog maar weinig. Remco bedacht dat de vrouwelijke vorm van boef vast boevegge was en dat was grappig.




vorige | volgende | index | huize mika home